Ook sporters hebben regelmatig te kampen met rugklachten. Ik zie regelmatig sporters op mijn spreekuur met rugklachten. Lees mijn blog waarom ik denk dat iedere sport(er) een individuele aanpak nodig heeft om te sporten zonder rugklachten.

In het nieuws

Een bekende sporter met rugklachten, het haalt regelmatig het nieuws: een kleine greep uit de media laat ook zien dat het niet de minste sporters zijn: “Sven Kramer blijft tobben met zijn rug”, “Roger Federer meldt met rugblessure af voor Masterstoernooi Madrid”, “Rugblessure frustreert Tiger Woods”, “Lionel Messi loopt rugblessure op in oefenduel”, “Usain Bolt mist rest van het seizoen door rugblessure”. Ook bij darten komt het voor: zo hebben onder andere Michael van Gerwen en Gary Anderson de afgelopen jaren het nieuws gehaald vanwege rugblessures.

Rugklachten vs sporten

Schaatsen, tennis, golf, voetbal, darten: allemaal geeft het een risico op een rugblessure en rugklachten. Ik zie het ook terug in mijn dagelijkse praktijk. Dat is eigenlijk best gek toch? De sporten verschillen dag en nacht. Een schaatser schaatst voorovergebogen en maakt eenzijdige bochten naar links. Een tennisser maakt veel draai en strekbewegingen. Een golfer maakt een snelle en grote draaibeweging van gebogen naar gestrekte rug. En toch hebben veel behandelaars (medici en paramedici) de neiging om sporters en andere personen met rugklachten min of meer hetzelfde te behandelen. Het algemene beeld is: we moeten zorgen dat de spieren rondom de rug sterk zijn, dus we doen oefentherapie (o.a. core stability training), de rug moet goed bewegen dus de behandelaar maakt de rug “los” (manipulaties/mobilisaties), we moeten zorgen dat de spierspanning niet te hoog is (dus massages en dry needling) en dan zal het rugprobleem toch wel opgelost zijn(?). Heb je een goede behandelaar dan wordt er misschien nog breder gekeken; zijn de spierlengtes goed? Is er een beenlengteverschil? Is er een afwijking in de voetenstand?.

Aanpak op maat

Maar daar houdt het dus niet mee op, zo blijkt uit bovenstaande inleiding. Wie echt een goede diagnose en analyse wil maken kijkt verder. Zonder hier al teveel de diepte in te willen gaan kun je je bij verschillende sporten al een voorstelling maken: een tennisser moet een goede strekking (extensie) kunnen maken en heeft de rugflexie (buiging) veel minder nodig. Hetzelfde geldt voor een sprinter (atletiek): alleen de start is vanuit flexie en daarna wordt de kracht geleverd met gestrekte rug. Een schaatser hoeft in feite de buiging naar rechts nooit te maken, wat doe je dan als er een beperking zit? Je ziet, een rugklacht bij een sporter vereist kennis, kunde, inzicht en visie.

Wat ik doe als sportarts en MSK-arts is proberen de diagnose en analyse zodanig te maken zodat de eisen voor jouw sport niet alleen duidelijk zijn, maar kijk ik ook wat er voor nodig is om jou als sporter weer optimaal aan de gang te krijgen. Mijns inziens het grote voordeel van mijn twee specialisaties: die komen hierbij samen.

Een individuele benadering is noodzakelijk en een therapie die gericht is op ‘de rugpatiënt’ is mijns inziens veelal ontoereikend.

Tot op het spreekuur!